Carl De Kimpe en Lydie Nijs kunnen zich binnenkort volop aan kleinkinderen Kato (5) en Senne (8) wijden.
De oudste vermelding van afspanning 'Den Bonten Os' in Lede gaat terug tot 1764 waar in oude geschriften sprake is van 'huysse ende herberghe den Bonten Os'. Dat betekent dat inwoners van Lede er al minstens tweehonderd vijftig jaar terecht kunnen. Doorheen de geschiedenis is er weliswaar een en ander veranderd, maar een sociaal knooppunt is het altijd geweest. De Koninklijke Harmonie Sint-Cecilia Lede had er bij de oprichting in de 19de eeuw al haar stamlokaal en na de verhuis in 1939 van de afspanning van op de hoek van de Rosselstraat en de toenmalige Molenstraat, konden de vaste bezoekers enkele honderden meters verder terecht in het oude molenhuis op bijna identiek dezelfde plaats als waar nu 'Den Bonten Os' te vinden is.
In 1943, middenin de Tweede Wereldoorlog, namen Oscar Nijs en Blanche De Backer, ouders van huidig uitbaatster Lydie Nijs, er hun intrek omdat ze op zoek waren naar een goedkope woning. «Mijn ouders waren eigenlijk kleermakers, maar moesten 'den os' contractueel openhouden. Doordat ze zelf nogal gekend waren in de gemeente en actief waren bij de Kajotters werd het hier al snel een drukke zaak met een jong cliënteel», vertelt dochter Lydie. Reeds van op jonge leeftijd draaide ze dan ook mee in 'den os' die in 1965 en tot vandaag een onderkomen vond in een nieuwbouw.
«Hier is heel wat ambiance geweest. Zeker nadat mijn vader in 1952 samen met Walter en Geert Daelman en wijlen Gerard Goeman de studentenclub Ochsenia oprichtte. Dat stond voor 'vrienden van den os'.» Die studentenclub werd samen met de afspanning een jaartje ouder en vormde zich om tot de Molenberger Blaaskapelle die er tot voor kort nog wekelijks oefende.
Vader Oscar samen met de drie oprichters van studentenclub Moeder Ochsenia in de oude afspanning die in 1965 verlaten werd.
Het schild en de bierpotten aan de muur getuigen wel nog steeds van het verleden. «Die mogen ze allemaal nog komen halen. Hun naam staat er op», vertelt de vrouw die zelf vijftig jaar lang, en vanaf hun huwelijk in 1970 samen met haar man Carl, aan de slag was. «Helaas hebben onze dochters Birgit en Lien geen interesse om de zaak over te nemen. Blijkbaar slaat het een generatie over, want onze kleindochter Kato (5) doet niets liever dan cafeetje spelen. Helaas is zij nog te jong», vertelt Lydie. De sluiting eind deze maand betekent daarom ook dat de Bridgeclub Dirk Martens en de wijngilde hun vaste trekpleister kwijt zijn. «Veel mensen vragen om geen eten meer te serveren, maar wel als volkscafé open te blijven, maar dat zie ik niet zitten. Met pijn in het hart, maar gedaan is gedaan.»