Voor artikels over Erpe-Mere en Lede verwijzen we u voortaan graag door naar HLN.be

Lede - Het opengestelde Markizaat, in de volksmond het park van Mesen, kon vorig weekend op heel wat interesse rekenen. Een duizendtal bezoekers namen deel aan de geleide rondleidingen langsheen de archeologische opgravingen.
In aanloop naar de bouw van een nieuw rust- en verzorgingstehuis op de historische site was men verplicht een archeologisch vooronderzoek te doen. Naast recente sporen, zoals kelders en funderingen van de oude Markizaatgebouwen in de 17de en 19de eeuw, werden ook sporen gevonden uit de vroege en late middeleeuwen.

Meest indrukwekkend zijn echter de sporen van Romeinse bewoning. Die opgravingen en gevonden fragmenten werden nu aan het publiek voorgesteld door archeologen Bart Charatté en Wouter De Maeyer. Deze benadrukten het belang van de opgravingen. “Het is weliswaar geen tweede Velzeke, maar er zijn toch duidelijke sporen van een Romeinse nederzetting. Of dat boerderijen of iets anders waren, zal het verder onderzoek moeten aantonen.”

Honderden bezoekers uit Lede, maar ook uit omliggende gemeenten waaronder Erpe-Mere en Appels, maakten van de gelegenheid gebruik om op de site rond te wandelen. Onder hen evenveel mensen die voor de archeologische opgravingen kwamen als die nog eens een glimp wilden opvangen van de oude Markizaatgebouwen, de kapel en de oude schoolvleugel. Door de nieuwe invulling van de site zullen deze gebouwen na de opgravingen gesloopt worden. “Ik heb de rondleiding twee maal gedaan”, vertelt Nelly Troch uit Lede. Zelf was ze van 1952 tot 1957 interne in de schoolvleugel. “De eerste keer was ik zo bezig met het nemen van foto’s, dat ik de uitleg nauwelijks gehoord heb.” Ze herinnert zich het internaat vooral als een heel strenge school, maar spreekt nog vol lof over de degelijke opleiding die ze er genoot. Over de sloop van de gebouwen is de vrouw kort: “In het begin heb ik het heel moeilijk gehad met de verwaarlozing en de plannen voor de sloop, maar intussen heb ik me er overgezet.”
Voor Geert De Sutter, een inwijkeling uit Wetteren die nu vlakbij het domein woont, is het de eerste kennismaking. “Ik had nooit gedacht dat men hier zo dichtbij Romeinse sporen zou vinden. Indrukwekkend, maar zonde dat zulke mooie gebouwen moeten sneuvelen”, vindt hij.

De kans dat Lede het domein nogmaals openstelt blijkt heel groot. “Door de talrijke vondsten die men hier gedaan heeft, volgt nog een uitgebreid archeologisch onderzoek. Die opgravingen zijn nog veel spectaculairder dan nu, waardoor het niet uit te sluiten valt dat we dan opnieuw rondleidingen organiseren”, vertelt communicatieambtenaar Renske De Bremme van de gemeente.

;