In het begin van de 20ste eeuw had zo goed als elke gemeente een eigen slachthuis. "Mijn grootvader Alouis De Moor kocht dit slachthuis in 1948 van de gemeente. Hoe oud het eigenlijk is weet ik niet", vertelt huidig zaakvoerder en kleinzoon Pedro Smekens. De man rolde als opvolger van zijn vader Walter recht het slachthuis in. "Het begon al toen ik op jonge leeftijd tijdens schoolvakanties mee ging naar de markt of hier klusjes kreeg", vertelt hij. Sinds enkele jaren runt hij het familiebedrijf, maar ook vader Walter (77) is nog dagelijks van de partij. De firma bleef ook niet stilstaan.
"We specialiseerden ons in het slachten van zeugen, dat zijn zwaardere varkens die gehouden worden om te kweken, en zijn vandaag het enige Belgische slachthuis die dat als hoofactviteit heeft." Elke week passeren gemiddeld 2.500 zeugen langs de scherpe messen in Oordegem. "Daarvan exporteren we 95% naar Duitsland waar het vlees wordt verwerkt in salami of worsten." De activiteit ligt nu echter zo goed als stil. "De verwerkende fabrieken nemen nu vakantie waardoor het langzaam uitbollen is." Na nieuwjaar gaat het slachthuis niet meer open. "Het was een zware beslissing, maar de onzekerheid om na 2019 nog een vergunning te krijgen weegt niet op tegen de vereiste investeringen om verder te kunnen doen", vertelt Pedro.
"Men eist een afzonderlijke toegangsweg voor levende dieren en vlees waarvoor we gebouwen zouden moeten slopen. Verder moeten we de stallen uitbreiden omwille van de strengere wetten op het dierenwelzijn en moet de frigocapaciteit omhoog. Al die ingrepen samen worden geschat op 2 miljoen euro. Dergelijke investering kunnen we niet doen voor slechts 5 jaar waardoor we beslisten te sluiten." Daardoor verdwijnt, na de sluiting van het slachthuis in Herzele vorig jaar, nu ook het slachthuis in Oordegem. "En we zijn niet alleen. Ook het runderslachthuis in Zele en het slachthuis van Lokeren sluiten eind volgend jaar de deuren." Door de sluiting in Oordegem belanden 28 arbeiders op straat.
"Ik bood de mensen nog een job aan in andere slachthuizen, maar niemand zag de verplaatsing zitten." Zelf blijft Pedro niet stilzitten. "De exportactiviteit blijft bestaan. Ik blijf dieren opkopen om die elders te laten slachten en zal daarbij ook steeds aanwezig zijn. Voor mij valt de overgang dus wel mee, maar mijn vader heeft het er heel wat moeilijker mee." Wat er met de leegstaande gebouwen zal gebeuren is nog niet duidelijk. "Zo lang de huidige vergunning loopt zullen we de ruimtes verhuren voor opslag. Nadien zien we wel wat mogelijk is, maar de gronden liggen in woonuitbreidingsgebied."