Lede - Een archeologenteam van intercommunale Solva legt momenteel de laatste hand aan de opgravingen op de plaats waar de nieuwe woonwijk Kleine Kouter in Lede komt. “Net als aan het domein van Mesen hebben we hier gelijkaardige interessante vondsten gedaan”, vertellen archeologen Cateline Clement en Veronique Guillaume.

Na het archeologische vooronderzoek van oktober 2012 bleek dat de site waar de nieuwe woonwijk ingesloten tussen de spoorweg, Kleine Kouterrede, Poortseweg en Hollestraat in Lede bijzonder interessante artefacten bevatte. “Uiteindelijk beslisten we van de 3 hectare tellende verkaveling 1,5 hectare gedetailleerd te onderzoeken”, klinkt het. In april werd gestart met het hoogste gelegen deel tegen de Kleine Kouterrede. “Niet echt verwonderlijk vonden we heel wat gelijkenissen met de opgravingen aan het domein van Mesen. In vogelvlucht ligt dat ook slechts 200 meter verder.”

Zo werden andermaal sporen van bewoning die teruggaan tot de IJzertijd gevonden. “Hier was duidelijk al bewoning rond de achtste eeuw voor Christus. Dat bewijzen de verschillende afvalkuilen met aardewerk die we vonden alsook restanten van twee houten gebouwen uit die periode.” Net als op het Markizaatdomein werden ook hier opnieuw sporen uit de Romeinse tijd gevonden. “We vonden sporen van 19 crematiegraven.” Op het deel van het domein ingesloten tussen de Hollestraat en de Poortseweg vonden de archeologen Middeleeuwse sporen uit de 12de tot 14de eeuw.

“We troffen fundamenten aan van drie houten gebouwen van ongeveer 6 op 12 meter, verschillende afvalkuilen, leemontginningskuilen en waterputten.” De resultaten van de opgravingen worden dankzij de moderne technologie meteen doorgestuurd. “Wij gebruiken digitale opmeetapparatuur waardoor de plattegronden vlot uit het AutoCAD-computerprogramma rollen. Met tablets registreren we onze vondsten rechtstreeks in onze database. Zo slaan we de papieren tussenstap grotendeels over en kunnen we sneller werken.” Op het laatste deel van de site wordt nu keihard gewerkt.

“Op 1 oktober begint de aanleg van de straten en het wachtbekken. Om die reden concentreren we ons nu op het deel dat daardoor eerst zal geïmpacteerd zijn. Bedoeling is om op die manier toch wat extra tijd te winnen zodat we gelijktijdig met die arbeiders nog aan de slag kunnen zijn, want de waterputten zullen ongetwijfeld nog heel wat extra informatie opleveren.”